Meldcode

Wat kunt u zelf doen bij een vermoeden van huislijk geweld of kindermishandeling?

Zodra u vermoedt dat er sprake is van ernstige kindermishandeling of huiselijk geweld, kunt u de volgende website gebruiken: www.ikvermoedhuiselijkgeweld.nl. Veilig Thuis is er voor advies en ondersteuning en het melden van huiselijk geweld en kindermishandeling. Natuurlijk mag u ook altijd in overleg gaan met de praktijk.

Hoe gaat Fievelekwint Floreren om met een vermoeden van huislijk geweld of kindermishandeling?

Fievelekwint Floreren hanteert het Basismodel meldcode. Op de website van het Nederlands Jeugdinstituut kunt u in detail lezen hoe hiermee wordt gewerkt: www.nji.nl/Werken-met-de-meldcode. Het uitgangspunt van het model zijn vijf stappen. Deze worden hieronder kort toegelicht:

Stap 1: Het in kaart brengen van de signalen

De beroepskracht brengt zorgvuldig in kaart welke signalen er zijn, welke stappen hij zet en de besluiten die hij neemt. Ook de gegevens die de signalen weerspreken worden vastgelegd.

Stap 2: Collegiaal overleg en indien nodig (anoniem) raadplegen Veilig Thuis of deskundige

De tweede stap is het overleg over de signalen. Om de signalen die in kaart zijn gebracht goed te kunnen duiden, is overleg met een deskundige collega noodzakelijk. Zo nodig kan op basis van anonieme cliëntgegevens Veilig Thuis worden geraadpleegd.

Stap 3: Gesprek met de betrokkene(n)

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de cliënt, wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de cliënt (of met zijn ouders) om de signalen te bespreken. Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen. Dan zijn de volgende stappen van het stappenplan niet nodig. Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen, dan worden ook de volgende stappen gezet. In enkele gevallen wordt er geen gesprek gevoerd, bijvoorbeeld omdat wordt verwacht dat de veiligheid van de betrokkenen daardoor in gevaar komt.

Stap 4: Wegen van het geweld of de kindermishandeling

Na het verzamelen van alle informatie weegt de beroepskracht af hoe groot hij het risico op huiselijk geweld of kindermishandeling inschat, evenals de aard en de ernst van dit geweld.

Stap 5: Beslissen: Hulp organiseren of melden

Na de weging van stap 4 komt de beroepskracht die binnen de instelling verantwoordelijk is voor de beslissing over het al dan niet doen van een melding, zo nodig ondersteund door deskundigen, tot een besluit: zelf hulp organiseren of een melding doen. Waar het bij deze afweging om gaat is dat de beroepskracht beoordeelt of hij zelf in voldoende mate effectieve hulp kan bieden of kan organiseren. In alle gevallen waarin hij meent dat dit niet of maar gedeeltelijk het geval is, doet hij een melding.

Als hoofdregel geldt dat de beroepskracht, voordat hij een melding doet, contact zoekt met de cliënt over de melding. Hiervan kan worden afgeweken indien wordt vermoed dat de veiligheid van één van de betrokken daardoor in het geding kan komen of de cliënt het contact verbreekt en uit zicht raakt.